
Zoon: Hé mam, als straks je boek uitkomt, hoe gaat dat dan? Krijg je dan ook interviews?
De schrijver: Uhh, denk het wel.
Zoon: Kan jij dat dan? Moeten we niet even oefenen?
Schrijver: Hoe dan? (Zoon pakt mobiel en start een opname).
Zoon: Dit gesprek wordt opgenomen, bent u daar okay mee?
Schrijver: Ja
Zoon: Waarom ben je eigenlijk ooit begonnen met schrijven?
Schrijver: Mag ik ondertussen mijn broodje eten?
Zoon: Nee.
Schrijver: Goede vraag….
Zoon: Dat zou ik niet zeggen in je interview, dat is raar.
Schrijver: Ik wilde even tijd rekken, omdat ik net een hap van mijn broodje nam.
Zoon: Daarom zei ik al dat je beter geen broodje kon eten.
Schrijver: Ik ben nooit echt begonnen met schrijven. Het is meer zo dat ik altijd al schreef; korte verhalen, dagboekfragmenten, roman-ideeën. Op een gegeven moment dacht ik, dit moet een bepaalde vorm krijgen, een resultaat.
Zoon: Okay, en wat is je motivatie om door te gaan?
Schrijver: Schrijven gaat traag en dat is voor mij een goede manier om tot heldere gedachten te komen. Via de verbeelding onderzoek ik mijn mensbeeld. Een verhaal publiceren is een vorm van communicatie met de buitenwereld. Deze manier bevalt me.
Zoon: Ja, ja, ja, wat wil je nou eigenlijk bereiken bij de lezers met de verhalen uit Wanneer de herten komen?
Ik hoop dat ze gaan huilen, boos worden, dat ze weemoedig worden. Dat de verhalen gevoelens oproepen die resoneren met gevoelens in hun eigen bestaan.
Zoon: Ja, ja, ja.. mooi hoor. Als je zelf je verhalen leest. Raakt het jou dan? Of weet je dan al precies wat er komen gaat.
Schrijver: Soms ontroert het me.
Zoon: Kun je een stukje van een verhaal vertellen waarin dat gebeurde.
Schrijver: Ik had het laatst bij het verhaal De jurk. Aan het eind kijkt Lizzy naar het water en ziet ze vliegjes dansen. Dat sommige mensen geen geluk hebben in hun leven raakt me. Soms doen ze hun best en wordt het gewoon niet beter.
Zoon: Hoe ben je eigenlijk op dit verhaal gekomen? Had je een associatie of was er iets in je eigen leven?
Schrijver: Nja, Ik bedacht haar en volgde gewoon een stukje uit haar leven. Het één vloeide voort uit het andere en zo werd het uiteindelijk een reeks gebeurtenissen. Zo is het bij het verhaal de jurk gegaan….
Zoon: Want uh, ik heb een stukje mogen lezen. En dat stuk waarop Nijntje thuis komt bij zijn ouders, dat is voor mij.., dat raakt mij dan weer, als hij dan die strandbal aan het zoeken is, en hij kan hem niet vinden. Voor mij staat de strandbal nu ook echt symbool voor dingen die kwijt zijn en dan denk ik weer aan mijn oortjes, die ik ook al een week niet gezien heb en dan mis ik ze toch.
Schrijver: Is dat Nijntje en de strandbal waar jij het over hebt?
Zoon: Ja zo mooi!
Schrijver: Dat heb ik niet geschreven
Zoon: Is niet van jou?
Schrijver: Nee.
Zoon: Heb je het gelezen?
Schrijver: Ja dat wel.
Zoon: Goed verhaal, hè.
Zoon: Wat een karakterontwikkeling.
Zoon: Echt mooi.